Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En David [4]vraagde den HEERE, zeggende: Zal ik heengaan en deze Filistijnen slaan? En de HEERE zeide tot David: Ga heen, en gij zult de Filistijnen slaan en Kehila verlossen. 4. Vermoedelijk door den profeet Gad, [die bij hem was, hfdst.22 vs.5], of door Abjathar, die bij David kwam toen hij naar Kehila trok, vs.6.